Ontstaan van onbalans en ziekte
Hoe worden levenslessen in ons lichaam omgezet naar ziekte?
Naast een fysiek lichaam, of eigenlijk er rondom heen, hebben wij ook een veel uitgebreider energetisch lichaam. Dit lichaam omvat alles wat wij met onze fysieke zintuigen niet kunnen waarnemen, namelijk onze spirituele, mentale en emotionele lagen.
Energetisch gezien heeft alles een frequentie, een golfbeweging. Frequentie is een natuurkundige definitie die uitdrukt hoe vaak iets voorkomt binnen een bepaalde tijd. Liefde, vreugde en harmonie hebben een hoge frequentie met een korte golf en komen dus vaker voor binnen een vastgestelde tijd. Angst, haat en woede hebben een lage frequentie met een lange golf en komen dus minder vaak voor in datzelfde tijdsbestek. Des te lager de frequentie, des te hoger de dichtheid. Materie heeft een hele hoge dichtheid. Des te ‘dichter’ iets is, des te beter wij het kunnen waarnemen met onze fysieke zintuigen.
Voordat onbalans of ziekte tot uitdrukking komt in het fysieke lichaam is het reeds aanwezig in één of meerdere van onze energetische lagen. We kunnen dit ervaren als ‘ik zit in een moeilijke situatie’, ‘ik heb daar-en-daar last van’ of ‘ik loop steeds tegen dat-en-dat aan’. Wanneer we deze problemen kunnen verwerken, keert de balans en harmonie terug. Wanneer we deze onbalans niet kunnen verwerken, verdicht deze energie zich en komt het tot uitdrukking in het fysieke lichaam. Dit noemen we ‘ziekte’. Wanneer wij dus de onbalans al in de energetische lagen kunnen verwerken en weer tot harmonie kunnen brengen, hoeft ziekte niet te ontstaan en kan worden voorkomen (preventie).
Wanneer het fysieke lichaam al wel ziek is geworden, dient in zowel het fysieke als in het energetische lichaam de onbalans te worden ontdekt en opgeschoond, verwijderd en/of getransformeerd. Uiteindelijk ontdoe je je steeds meer van onbalans en ga je je werkelijke ik be-leven!
Reguliere geneeskunde vs. alternatieve geneeskunde
Van oudsher hebben -wat wij nu noemen- alternatieve geneeswijzen een rol gespeeld bij het detecteren en harmoniseren van onbalans in de energie. In het oude China werd de dokter niet betaald om iemand béter te maken, maar om hem gezond te houden. Mocht hij ziek worden, dan werd hij gratis behandeld. Deze aandacht voor de oorzaak en behandeling van onbalans is in de loop van honderden jaren veranderd. Het dieptepunt in dit omkeerproces lag in de Renaissance. In deze tijd heeft de mensheid het samenzijn van hart en hoofd, ziel en lichaam definitief van elkaar losgekoppeld. Alleen de materie was belangrijk. De nieuwe geneeskundige wetenschap leverde ons fysieke bewijzen voor ziekte, zoals bacteriën en virussen. Dat wat op de wetenschappelijke manier bewezen kan worden en wat we met onze fysieke ogen kunnen waarnemen, werd als waarheid aangenomen. Vanaf die tijd was er vooral aandacht voor het eindproduct van het ziekteproces: het lichaam.
Wanneer je dit proces van bovenaf in ogenschouw neemt, kun je zien dat we als mensheid hierin beide kanten hebben onderzocht: aan de ene kant het energetische, wat we in vorige millennia hebben onderzocht en toegepast. Daarna de slinger naar de andere kant: het onderzoek van het lichaam met alle fysieke kanten van de onbalans. Ook een proces is een golfbeweging. We maken nu de weg weer terug naar het midden: balans in geneeskunde. Wanneer de mensheid beide kanten, beide tegenstellingen in een proces kent, kan wèrkelijke balans gevonden worden. De balans is geïntegreerd. Het proces is volbracht. Termen als alternatief en regulier zijn dan niet meer noodzakelijk; het waarde-oordeel wat er nu nog vaak aan vast zit, is dan getransformeerd. Er is alleen maar ‘geneeskunde: de mens centraal’.

Niet de arts, maar het lichaam geneest de ziekte.
Hippocrates